De Ordermolen(s).

Sinds enkele jaren wordt er door mij onderzoek gedaan naar de geschiedenis van de Apeldoornse watermolens. Veel van die molens zijn inmiddels al beschreven en nu was de Ordermolen eindelijk aan de beurt. Tot mijn grote verrassing was het verhaal over die molen niet zo eenvoudig als ik in eerste instantie gedacht had.
Behalve de molens ’t Hul en Waterloo, voordien Hennemansmolen, zijn er nog drie stroomopwaarts gelegen molens geweest. Dat waren de Ordermolen zelf, een molen die we de Bovenste Ordermolen zullen noemen en het Berghuismolentje.

order2bDe Ordermolen vanaf de bovenbeek gezien. Opname R. Hardonk 1937

 De algemeen bekende Ordermolen lag op de plek waar nu een grote vistrap, bij de kruising van de Laan van Spitsbergen en de Laan van Orden, aanwezig is.

Orderbeek3

Bouw van de vistrap op de locatie van de Ordermolen. Opname H. Weltje 2014

Ook Hardonk heeft in zijn werk “Koornmullenaers Pampiermaeckers en Coperslaghers”, dat hij in 1968 gepubliceerd heeft, al opgemerkt dat er sprake was van een “Bovenste Ordermolen” en een papiermolen die “De Pas” genoemd werd.
Hij kwam tot de voorzichtige conclusie dat er misschien toch maar sprake was van een enkele Ordermolen maar het is duidelijk dat hij er niet klaar mee was. Hij noemde ze Molen I en Molen II en kende ze beide uiteindelijk maar toe aan de Ordermolen.

Dat Hardonk problemen had met het uitzoeken van de juiste situatie is niet zo vreemd. De Orderbeek, waaraan de Ordermolen lag, heeft in de loop der tijd enorm veel veranderingen gekend. De laatste is de recente verlegging in 2014 van de “oorspronkelijke” loop naar de Frans van Mierisstraat. Een logische en vooral praktische keuze maar historisch gezien niet correct. Dat oude beeklopen dan uit het zicht en de herinnering verdwijnen is daarom van alle tijden.

 

Orderbeek4Aanleg van de nieuwste loop van de Orderbeek vanaf de Jachtlaan gezien. Opname H. Weltje 2014

Voordat we grote stappen in de geschiedenis gaan maken is het zinvol om het stroomgebied van de Orderbeek te beschrijven.
Orden is van oudsher een veengebied en daarom een natte buurtschap geweest, die al op een kaart door Christiaan ’s Grooten in 1570 ingetekend is.

 
1570 christiaan sgrooten Veluwe uitsnedeUitsnede van de kaart van de Veluwe door Christiaan ’s Grooten uit 1570.Op deze kaart is nog geen Orderbeek ingetekend.

De buurtschap grenst aan een nogal hoog heuvelachtig gebied dat vroeger het Grietelse of Scherpenbergjen maar tegenwoordig de Kleiberg genoemd wordt.

De naam “Orden”, in het oud Hollands “orde” betekent landpunt (Veldnamen en oude boerderijnamen in de gemeente Apeldoorn - Dr. D. Otten / 2003 blz. 28 – Bron 30) en dat is, gezien de ligging aan de rand van de heuvels, een goed gekozen naam voor dat gebied geweest.
Aan de rand van die heuvels lag het “Berghuis”. De naam moet gekozen zijn vanwege de ligging naast de hoge heuvel waar nu scoutinggroep JJB aan de Berghuizerweg is gevestigd.
Ook de naam “De Hogenhof” of “Hoogenhof” ook wel daarvoor “De Pas” (= weide) genoemd laat weinig aan de verbeelding over. De Pas was een herengoed in Orden, waarvan al in 1571 sprake was, en de boerderij "de Hogenhof” heeft op dit goed gelegen. Deze boerderij is in 1938 afgebroken bij de bouw van de Koning Willem III kazerne. De Orderbeek maakte op die plek een nogal vreemd bochtje oostwaarts,waardoor die plek op oude kaarten goed te herkennen is.

orderbeek 1870Zie bochtje bovenin de kaart van de orderbeek bij boerderij “Hoogenhof” uit 1913
1890 eerste deel van de rot orig geroteerdEerste deel van de “rot”. Naar het noorden geroteerde tienden kaart uit 1890 met het ‘bochtje” in de beek.

Een herengoed was trouwens een boerderij waarop verplichtingen rustten uit de tijd der horigheid waarmee wel bewezen is dat dit gebied een erg oude geschiedenis kent.
Een derde naam die verwijst naar de heuvels is de Ritbergh. Deze lag iets noordelijk van de Ordermolen. In later jaren is er ook een huis Ritberg aan de Orderparkmolenweg nr. 65 geweest maar die heeft niet op de oorspronkelijke locatie van de Ritbergh gestaan. Dat latere huis is in 1957 afgebroken.
P1070621   CopyHet huis Ritberg aan de Orderparkmolenweg nr. 65

Een andere bron van misverstanden is, dat men weleens aanneemt dat de verder weg gelegen Ritbroek met de Ritbergh te maken heeft gehad maar dat is zeer onwaarschijnlijk. Een broek is een nat gelegen gebied en de Ritbroek lag nogal ver weg (zie huidige Ritbroekstraat).
De laatste naam die naar de heuvels verwijst is “Spitsbergen”.Dat was een hoeve die oostelijk van de Ordermolen lag.
Behalve de recente overkluizing en daarna de reconstructie van de Orderbeek zijn de volgende grote veranderingen van de loop van de Orderbeek van belang :
1. Het graven van sprengkoppen en het aanleggen van sprengenbeken voor de bouw van de papiermolens.
2. Het weer dichtstorten van sommige beken, waarschijnlijk vanwege het ijzerhoudende en dus onbruikbare water.
3. Het aanleggen van buisleidingen voor de 16 laagste fonteinen van Paleis het Loo.
4. De tijd na Stadhouder Willem III
5. De aanleg van de spoorlijn Apeldoorn – Amersfoort
6. De bouw van de Willem III kazerne.

1. Het graven van sprengkoppen en het aanleggen van sprengenbeken voor de bouw van de papiermolens.

In 1620 was ene Jan Wolters de eigenaar van de Pas en van de Ritbergh en 8 jaar later in 1628 wordt beweert dat Wouter of Wolter Jans, de zoon van bovengenoemde Jan Wolters, in 1624 het goed Hoemoet verpacht aan Tymon Jacobsen en dat deze daarop een papiermolen had getimmerd. Het goed Homoet behoorde waarschijnlijk bij de Pas en is mogelijk genoemd naar een vroegere eigenaar van de Pas en de Ritbergh, ene Jan Cornelisz Homoet, die omstreeks 1550 geboren zal zijn.
Met deze gegevens kunnen we de stichtingsdatum van de Ordermolen op het jaar 1624 vaststellen.
In 1627 vinden we een akte over de uitgifte van het water voor de molen op den Pas door de rekenkamer aan Thiman Jacobsen.
In 1630 komen de sprengen van de Orderbeek aan de voet van de Kleiberg voor op een kaart van Geelkercken. Die plek heet de "Orspronck” ook wel "Oorspronck”. De kaart is destijds door van Geelkercken vervaardigd om een dispuut tussen enkele marken te regelen. De loop van de latere Orderbeek is welsiwaar aangegeven maar lijkt niet de juiste richting stroomafwaarts te nemen. Daarom is er weinig uit die kaart over de verdere loop van de beek te concluderen. Wel is er duidelijkheid over de bron van de beek.
1630 Geelkercken geroteerd   uitsnede

Uitsnede uit de kaart van Geelkercken uit 1630 met de beek ingetekend. De kaart is naar het noorden geroteerd.

Een grenspunt tussen de marken van Orden en Ugchelen werd gevormd door het Grietelse of Scherpen bergsken. In 1689 werd dat bergje het Scherpenberchsken en daarnaast ook Klijbergh genoemd.
Pas in 1653 lezen we dat Marten van Heyden bij "het Grietelse off Scherpenbergsken aende sijde nae Uchgelen” 3 a 4 jaar daarvoor een aantal brede "gruppen” heeft doen graven "om mijne molen bij Berchhuijs met water te beneficieren”. Met deze gruppen bij het Grietelse of Scherpenbergje worden nieuwe takken van de Orderbeek bedoeld, die over de markegrens van Orden en Ugchelen liepen en veel later bij de aanleg van de latere spoorlijn Amersfoort-Apeldoorn werden afgesneden. Dit zou hem niet in dank worden afgenomen omdat hij in het gebied van een andere marke terecht was gekomen. Maar Marten van Heyden was niet iemand om ruzie mee te zoeken. Hij was de ontvanger van de verpondingen in Apeldoorn en is er mee weg gekomen.

 

gruppen ugchelen 1748Links onder op dit kaartje uit 1748 zijn de “gruppen” in de Ugchelse mark nog te zien die later door de aanleg van de spoorlijn zullen verdwijnen.

De bovengenoemde molen "bij Berchuijs” moet volgens Hardonk de Ordermolen zijn geweest. Hardonk heeft hier waarschijnlijk niet gelijk gehad want de verwijzing van Marten van Heyden is duidelijk naar Berghuis, waarvan hij de eigenaar was en niet naar de Pas (het latere Hogenhof), Homoet etc..
De molen bij Berghuis kunnen we daarom dateren voor 1650. Door het graven van de “gruppen” zal de molen genoeg debiet hebben gekregen, die het voordien waarschijnlijk niet had.

2. Het weer dichtstorten van sommige beken, waarschijnlijk vanwege het ijzerhoudende en dus onbruikbare water.

In 1661 was de weduwe van Marten van Heyden, Agneta (Agnes) van Hoeclum, de eigenares van het goed Berghuis, ook wel "Hoge Berghuis” geheten. We lezen in datzelfde jaar dat een nieuwe "graeff” (= spreng) van de molen weer wordt "ingesmeten”. Er was nogal wat ijzerhoudend (rodolm) water in dat gebied. Misschien was het water van de nieuwe sprengkop te ijzerhoudend. Mogelijk was hier sprake van een tak van de Rode Beek in Orden. Op de kaart hieronder zien we dat de illegale sprengkoppen uit de Ugchelse mark nog steeds bestonden, dus die zullen zeker niet dichtgegooid zijn.
Helaas zijn er geen kaarten uit die tijd aanwezig. Wel is er in 1748 een gedetailleerde kaart gemaakt, genaamd “Caert van de Limitten van de hooge Heerlijckheid Het Loo” door Leenen. Het gebied rondom de Orderbeek is echter op het eerste gezicht nogal chaotisch getekend maar bevat toch veel zinvolle aanwijzingen en zal als basis voor verdere conclusies gaan dienen. We zien op deze kaart een groot aantal beken die naar de Ordermolen stromen.
orderbeek 1748 topo4

Uitsnede uit een naar het noorden geroteerde Caert van de Limitten van de hooge Heerlijckheid Het Loo van Leenen uit 1748. Op de achtergrond een hedendaagse topo. De toenmalige loop van de Orderbeek is zwart ingetekend. Bron Henk Weltje 2020.


3. Het aanleggen van buisleidingen voor de 16 laagste fonteinen van Paleis het Loo.

De boerderij met de naam Hoog Berghuis stond ongeveer op de plek waar tegenwoordig de ingang van voetbalvereniging Victoria Boys zich bevindt.
P1070627   Copy

Waterverftekening uit 1925 van Berghuis door ene J.K. De boerderij was echter in 1912 al afgebrand.

Bij deze boerderij werd aan de Orderbeek waarschijnlijk voor 1650 een papiermolentje gebouwd.
Stadhouder Willem III had echter grote plannen voor de paleistuinen van het te bouwen paleis het Loo. De fonteinen die er gepland waren moesten hun water onder andere van de Orderbeek betrekken. Daarvoor werden er rond 1698 2 buisleidingen naar het paleis gelegd. De westelijke leiding kwam vanuit de Pomphul uit Hoog Soeren en boerderij Haslo (Assel) en was bedoeld voor de grote fontein.
Voor de 16 lage, 4 meter hoge, fonteinen werd een leiding meer oostelijk aangelegd Het water voor de fonteinen kwam uit de Orderbeek. De aftakking van de beek naar het noorden was net even stroomopwaarts van de Ordermolen. De leidingen liepen vervolgens langs de huidige Laan van Spitsbergen en de Jachtlaan.
Door de ligging van de Ordermolen hoefde deze niet verplaatst of opgekocht te worden.
Anders was dit voor de Berghuismolen, die stroomopwaarts lag. In 1692 wordt het huisje met de molen voor een laag bedrag opgekocht door stadhouder Willem III, waarna de molen wordt afgebroken. Of het bedrag laag was vanwege de slechte opbrengst van de molen weten we niet. Misschien was er wel een soort koppelverkoop zodat de molenaar als tegemoetkoming een aanstelling als waardman (waterman) kreeg om de fonteinleidingen te beheren.
P1070625   Copy

Waterverfschilderij van Arie Lieman (1816-1893) van de boerderij Berghuis.

Tot 2008 stond in de directe omgeving van de beek het Waardmanhuisje aan de Berghuizerweg,waar in
vroeger eeuwen de onderhoudstechnicus van de fonteinleidingen naar het Loo woonde. Dit pand was weliswaar niet het oorspronkelijke waardmanshuisje maar is ondank de monumentale status toch afgebroken en vervangen door een nieuwbouwhuis.
De vroegere locatie van die molen bij het Berghuis is niet bekend. De kaart uit 1748 geeft echter aanknopingspunten. De Orderbeek heeft oorspronkelijk iets oostelijker gelegen.

1748 locatie berghuismolenKaart uit 1748 met onderliggende topo 2020 met de mogelijke locatie van de Berghuismolen.

  GE locatie berghuismolen

Dezelfde situatie als de kaart uit 1748 in 2020. De molen zou aan de oorspronkelijke loop van de beek midden in het weiland gelegen kunnen hebben. De ligging was dan links van de beek geweest.


4. De tijd na Stadhouder Willem III

Na het aanleggen in 1693 hebben de fonteinen niet lang meer gewerkt. Al in 1702, kort na het overlijden en daarvoor de afwezigheid van Willem III stopte de middenstraal. Maar in 1740 werkten de 16 kleinere stralen, die door de Orderbeek gevoed werden nog steeds.
In 1748 was de loop van de fonteinleidingen vergeten en heeft men ze in de Caert van de Limitten van de hooge Heerlijckheid Het Loo weer gepoogd te reconstrueren.
Ongetwijfeld hebben de molenaars gebruik gemaakt van het overlijden van Willem III en weer gebruik gemaakt van het water van de Orderbeek. Daartoe zijn er nieuwe sprengkoppen gegraven en beken bijgelegd en met elkaar verbonden. Al met al laat de kaart een verwarrende wirwar van waterlopen in dit gebied zien.
In 1703 is er sprake van een geschil naar aanleiding van de bouw van de "Bovenste Ordermolen”. Met bovenste wordt een molen bedoeld die stroomopwaarts gelegen was. Dat betekent dus dat er twee Ordermolens geweest moeten zijn. Reinier Hardonk vermoedde echter dat er maar één enkele molen was maar wist dat niet zeker. Hij probeerde ze te plaatsen door ze Molen I en Molen II te noemen. De geschiedenis van het geschil is nogal uitgebreid en zeker de moeite van het lezen waard. Zie hiervoor zijn boek Koornmullenaers Pampiermaeckers en Coperslaghers – Hardonk blz. 92 e.v. (bron 2).
Eveneens in 1703 getuigt ene Henrick Henricksz., woonachtig op de boerderij Zuyrvelt (= ’t Zuurveld in Wormingen), dat hij destijds aangenomen heeft het in orde maken van de beek en een viertal sloten. Eén daarvan was een "gestrampte off een dubbele sloot”, Ook is er sprake van een "wijertien”.

gruppen ugchelen 1748De “gestrampte” beek


Langs de Ordermolenweg zien we een inmiddels verdwenen beek en haar 4 a 5 sprengkoppen die nog in de Order mark ontspringen. De beek stroomde oostelijk van de Ordermolenweg naar het noorden. Zuid-oostelijk van het Waardmanshuis is op de kaart van 1748 inderdaad een dubbele beek te zien. Dat was misschien de "gestrampte” sloot waar eerder sprake van was. Wat de functie van dat beekgedeelte was is onduidelijk. De beek mondt via een nog steeds bestaande put aan de Pieter de Hoochlaan uiteindelijk ter hoogte van de Ordermolen uit in de huidige Orderbeek. Het hoogteverschil in de beekloop was niet genoeg voor de aanleg van een molen en de beek zal daarom gediend hebben voor extra watertoevoer naar de Ordermolen en de Bovenste Ordermolen.
Orderbeek 1748 detail

Locatie Bovenste Ordermolen

Waar de wijer gelegen heeft is niet duidelijk. Wel zien we op de kaart uit 1748 dat er een hofstede of een molen oostelijk van Hoogenhof aan een een tak van de Orderbeek heeft gelegen.
De plek van die “molen” bevond zich langs de huidige beekloop langs het Willem III terrein ongeveer op de plek van de Kreyderstraat. Bij de Mondriaanstraat is nog een lager gelegen pleintje te vinden. Het is mogelijk dat daar ooit een wijer gelegen heeft maar dat is uiteraard erg onzeker.
De noordelijke beektak in de kaart hierboven is inmiddels verdwenen en overkluisd door de bouw van de Willem III kazerne.

1748 Bovenste ordermolen

Hardonk kon uit deze gegevens geen antwoord geven op de vraag, welke papiermolen met "Bovenste Ordermolen” bedoeld is, maar de kaart uit 1748 gaf een mogelijke plek aan.


5. De aanleg van de spoorlijn Apeldoorn – Amersfoort

Zoals al eerder beschreven had Marten van Heyden in 1649 bij "het Grietelse off Scherpenbergsken aende sijde nae Uchgelen” een aantal brede "gruppen” laten graven voor de molen bij Berchhuijs., waarmee nieuwe takken van de Orderbeek werden bedoeld, die over de markegrens liepen.
Bij de aanleg van de spoorlijn Amersfoort-Apeldoorn in 1887 werden deze afgesneden.

gruppen ugchelen 1748Nogmaals de situatieschets uit 1748 met erin de latere spoorlijn getekent.

Ook de meer oostelijk gelegen sprengenbeek met haar 4 sprengkoppen was gedoemd te verdwijnen.
Alleen de sprengkop van de Beek in Het Orderveen ten oosten van de Ordermolenweg is nog behouden gebleven en deze beek heeft men onder de spoorlijn door laten lopen. Ongetwijfeld was het belang voor de molens aan de Beek In het Orderveen groot genoeg om deze investering te verdedigen.
Het gebied ten oosten van de Ordermolenweg, tegenover de paardenweide, is tegenwoordig een niet toegankelijk en ongebruikt gebied met veel struikgewas. Daar was vroeger de dubbele “gestrampte” beek.


6. De bouw van de Willem III kazerne.

J. Palm heeft nog in 1853 de 4 baks papiermolen "De Ordermolen” in eigendom. Hij vervaardigt pakpapier. In 1877 is er een veiling voor de weduwe Palm en kinderen van de "Order Papiermolen” met "sterke waterkracht”, bestaande uit de volgende percelen:

No. 1 Molen met woonhuis en verder Getimmerten en daarachter en bezijden gelegen grond.
No. 2 de Kleine Weide langs de Onderbeek.
No. 3 de groote Weide in het Veen.
No. 4 een Bouwen Weiland aldaar westwaarts.

Daarna verandert de nieuwe eigenaar Arnoldus Berends de Orderpapiermolen in een wasserij, waardoor een einde komt aan de papiermakerij daar ter plaatse.
In 1938 wordt de Willem III kazernen gebouwd en bij een tweede latere verbouwing verdwijnt de noordelijke tak van de Orderbeek.

1940 luchtfoto orderbeek

Luchtfoto 1940 van de eerste aanleg van het defensieterrein, de oude historische beekloop is nog niet verandert, pas later bij de tweede uitbreiding werd
het beektrace omgelegd - bron : visie Orderbeek 2011

Alleen de zuidelijke tak waaraan de Bovenste Ordermolen moet hebben gelegen zal nog resteren.

De Orderbeek wordt later ook wel “de beek van Meijer” genoemd, naar de eigenaren van de wasserij “Caretex” Tussen de sprengkoppen van de Orderbeek lag een eilandje waar een of meerdere leden van de familie Meijer begraven zijn geweest. Om het graf was een hekwerkje. Bij herstelwerkzaamheden van de sprengkoppen in 2014 zijnde restanten afgevoerd.

In 2007 zijn de activiteiten van de wasserij in de Ordermolen gestaakt en is de molen afgebroken ten behoeve van woningbouw. Na de grote herstelwerkzaamheden van de overkluisde beekloop stroomafwaarts van de Ordermolen moet het gedeelte over het kazerneterrein moet nog gerenoveerd worden.

Er zijn in het recente verleden (2007) grote problemen geweest in de ondergrond bij de verbouw van de Willem III-kazerne. Daarbij is een kleischot doorboord. Hierdoor was er er het acute gevaar dat de sprengkoppen droog kwamen te vallen. Het is niet duidelijk of de doorboring afdoende is verholpen. De beek loopt juist zuidelijk van en deels over het kazerneterrein.

Dit gedeelte van de beek langs het kazerneterrein moet anno 2020 ook nog gerenoveerd worden.
De passage met de Laan van Spitsbergen vindt plaats door middel van een sifon die onder de Laan van Spitsbergen doorloopt. Op de plaats van de vroegere Ordermolen (later wasserij Caretex, die inmiddels is verdwenen) is een bijzondere vistrap aangebracht.

Bij de Jachtlaan is de beek sinds 2015 ondergronds gegaan.

Er is dus nog heel wat te doen in dit gebied en misschien is het nog mogelijk om restanten van de Berghuismolen en de Bovenste Ordermolen te vinden.