Paragraaf index

DE DORPS-KORENMOLEN

Deze watermolen is gebouwd in de eerste jaren van de vorige eeuw door den heer A. van den Broek (één van zijn zoons was de eigenaar van logement „De Arend", later Hotel van der Burg).
Ook zijn door hem, ten behoeve van deze molen, de sprengen en de beek gegraven, nu bekend als de Badhuisbeek.
Dit werk werd uitgevoerd door zijn zwager Jakob Wolbrink Buitenhuis,meulenmaker en timmerman.
Deze korenmolen was daar in die dagen volkomen op zijn plaats en voorzag in een groote behoefte, want zoowel de burgermenschen als de arbeiders, verbouwden hun eigen boekweit voor de pannekoek, en de rogge voor hun brood. Zij bakten het brood zelf en lieten het verkopen bij den bakker in de buurt, tegen betaling van drie  cent groot of klein.
Het dorschen van het. koren was een bezigheid, welke meestal in de vroege morgenuren geschiedde, en het geklop van de dorschvlegels, het ,,billen" of scherpen van de molensteenen, en het geknetter van het neervallende water op het molenrad, gaf heel wat schooner muziek dan het tegenwoordige getoeter van de auto's.
Het was een heerlijk, landelijk plekje, zooals die oude molen daar stond, onder de oude notenboomen, en omringd door bloeiende seringenstruiken. Dubbel heerlijk, wanneer in deze omgeving, in het tegenoverliggende Berkenstein, of het naastliggende Burgemeestersboschje, de nachtegalen in de Meimaand hun lied zongen‚
Ook was de „ouwe meule" een speelplaats voor de dorpsjeugd, zooals tegenwoordig tevergeefs één gezocht zal worden.
Hij stond aan de Hoofdstraat, hoek Sprengenweg, op de plaats, waar nu de Roskam staat, en werd in 1884 voor afbraak verkocht. De nachtegalen zijn, sindsdien, voor het moderne leven gevloden. Jammer, dubbel jammer, dat de „ouwe meule" weg is, maar gelukkig, dat Apeldoorn in zijn sprengen één van zijn schoonste wandelingen behouden heeft.

DE DORPS-KORENMOLEN